18 - En niet te vergeten...

Terug

Er zijn al veel ontmoetingen beschreven, namen genoemd. In sommige gevallen ben ik misschien te uitvoerig geweest, in andere te beknopt. Zeker is in elk geval dat er nog veel namen, van auteurs, beeldend kunstenaars en anderen met wie samengewerkt is, ongenoemd bleven. En dat is niet terecht. Daarom hier toch nog enkele ontmoetingen beschreven, enkele namen genoemd.

Ik denk bijvoorbeeld aan dichteres Eva Gerlach met wie ik enkele uitgaven maakte die mij zeer dierbaar zijn. Het contact is ontstaan in de jaren negentig, de tijd ook van de poëzieavonden op Kasteel Groeneveld in Baarn, waarbij ik enkele malen een kleine uitgave maakte die achteraf gezien wellicht de reeks ‘Dialogen’ hebben ingeluid. Voor “aanwezig afwezig” (1.1.49) schreef zij samen met J. Bernlef die ik kende door zijn eerdere deelname aan de reeks ‘Zeven Zestigers’. Van de uitgaven die in samenwerking met Eva Gerlach nog zouden volgen is mij naast “groet god” (1.1.116) vooral “Plaatsen” (1.1.131) buitengewoon dierbaar.
Ook denk ik aan beeldend kunstenaar Hans de Wit die ik ontmoette via Huub Beurskens en prachtig werk heeft gemaakt voor “Ark van alfabet” (1.1.113 – 2017), of aan Huub Niessen die ik op basis van een paar tekeningen die ik ergens van hem zag wel móest uitnodigen voor een samen te maken boek. Dat werd de uitgave “Stelsel” (1.1.115 – 2018). De teksten voor die uitgave over de zeven hoofdzonden schreef dichter Mark Boog, ook iemand die niet ongenoemd mag blijven. Het contact met hem ontstond meen ik door de vrijblijvende uitnodiging om mee te werken aan “Overgangen” (1.1.67) in 2004. Met hem heb ik nadien vele uitgaven gemaakt, waarvan ik zeker zijn bijdrage aan mijn “Kopwit” (1.1.72) nog altijd geweldig vindt, maar ook zijn zo Boog-eigen “Dooddoeners” (1.1.132) in 2022. De ontmoetingen die vanwege zijn deelname aan de reeks  ‘Dialogen’ met dichter H.H. ter Balkt zouden volgen, blijven ook onvergetelijk.
Via Mark Boog kwam ik door de reclame die hij voor Atalanta Pers had gemaakt in contact met Piet Gerbrandy. Het leverde in de jaren daarna twee bijzondere uitgaven op: “Moerbeivlekken” (1.1.86) en “Alvorens in te dalen” (1.1.138).  
Dichter Frans Budé, met wie ik via Huub Beurskens kennis had gemaakt, wil ik ook graag noemen. Was onze eerste samenwerking voor de uitgave “Suite voor een bruid” (1.1.26) met Herman Wouters al in 1986, een vervolg kwam er pas in 2007 met “Hoe alles gebeurt” (1.1.74), een uitgave waarbij ook Vincent Mentzel betrokken was. Naast Budés deelname aan projecten waaraan meerdere dichters meewerkten, kon ik in 2020 dan eindelijk zijn zelfportret presenteren: “Schaduwvrees” (1.1.127), ook beslist nog steeds een van mijn favoriete uitgaven.
Verschillende malen was er sprake van projecten, waarvoor ik een aantal dichters om hun medewerking vroeg. In 1996 bijvoorbeeld schreven 21 dichters mee aan “Hetzelfde anders” (1.1.51). In 2004 werkten zelfs 31 dichters mee aan “Overgangen” (1.1.67). Sommigen van hen kende ik al en met enkelen was ook al een ‘eigen’ uitgave gemaakt; met anderen was dit de eerste kennismaking die dan soms ook weer tot een gezamenlijke uitgave leidde.
Zo verschenen bijvoorbeeld de uitgaven “Zo kon het zijn” met Cees Nooteboom (1.1.54 - 1998) en “Hebben” met Esther Jansma (1.1.55 - 1999).  Ook latere samenwerking met onder anderen Paul Claes of Anneke Brassinga vloeide voort uit de ontmoetingen die deze verzamelbundels opleverden.
Voor zover ik kan nagaan is ook het contact met dichter Hans Tentije ontstaan na zijn deelname aan beide verzamelbundels. Mijn uitnodiging om mee te werken aan een uitgave rond de seizoenen resulteerde in 2007 in de uitgave “Jaargang” (1.1.75). In 2009 schreef hij de gedichten voor “de zee, de zee” (1.1.78), het eerste deel van de reeks ‘Elementen’, in 2011 gevolgd door “Zeegang” (1.1.85), een dialoog met J. Bernlef. Na zijn medewerking aan “psalmen van nu” (1.1.107 – 2016) kwam in 2023 zijn “Daarbuiten” (1.1.136) uit. In dat jaar werkte ik met de toen al zieke dichter tevens aan een uitgave die bij zijn 80e verjaardag in 2024 zou moeten verschijnen. Hij zal dat niet meer meemaken: in oktober 2023 overleed hij. Hij heeft de reeks die hij ervoor schreef nog wel kunnen voltooien. De uitgave zal een eerbewijs worden aan een groot dichter, aan een dierbare vriend.
Tot slot van deze opsomming moet ik nóg iemand noemen met wie ik via andere dichters in contact ben gekomen en met wie ik door de uitgaven die we in samenwerking maakten zeer bevriend ben geraakt: Hester Knibbe. Haar schitterende bijdrage aan “Er is altijd” (1.1.93) en die aan twee delen uit de reeks ‘verkenningen’ scoren hoog op mijn lijstje van uitgaven die ik koester: “Vierkant” (1.1.106) en “Handschrift” (1.1.119). Ik prijs me gelukkig een voorzichtig begin van een vervolg op die reeks met haar te kunnen gaan maken.

Tot besluit

Alle ontmoetingen beschrijven, alle namen noemen van hen die een belangrijke rol hebben gespeeld in de afgelopen 45 jaar Atalanta Pers is nooit de bedoeling geweest van dit web-exposé en is ook niet mogelijk. Toch moet ik aan de namen van alle reeds genoemden er nog drie toevoegen.

Dat is allereerst die van Ronald Rijkse, in de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw de conservator van de Zeeuwse Bibliotheek die het bibliofiele boek een zeer warm hart toedroeg en zo lang als hem dat budgettair mogelijk was de uitgaven van Atalanta Pers heeft aangekocht. Dat maakte de collectie van de ZB concurrerend met die van bijvoorbeeld het Museum Meermanno of andere grote openbare collecties. Helaas zou het rendementsdenken tot een grote culturele kaalslag gaan leiden en werd het voor Rijkse en zijn opvolger onmogelijk dat aankoopbeleid voort te zetten. Het enthousiasme en de inzet van Ronald Rijkse zijn in de goede jaren een grote steun en inspiratie voor Atalanta Pers geweest.

De tweede persoon die ik nog zou willen noemen is Jos Swiers. Zelf een enthousiaste uitgever van bibliofiel werk (De Althaea Pers) raakte hij bij het zien van de tentoonstelling n.a.v. 25 jaar Atalanta Pers in Museum Meermanno in de ban van onze uitgaven. Een eerste ontmoeting bleek het begin van een diepe vriendschap die tot aan zijn overlijden in 2022 zou duren. Swiers ging de uitgaven verzamelen en werd de eerste en tot nu toe enige die het presteerde een complete verzameling drukken van de Atalanta Pers bij elkaar te brengen. Hij bleef tot aan zijn dood zeer betrokken bij de pers, reageerde op elke uitgave met kritisch of waarderend commentaar en hield nauwgezet de bibliografie van de pers bij. Heel bijzonder is dat hij in 2012 in eigen beheer onder de titel “De wereld een cocon” een bibliografie van de Atalanta Pers publiceerde, aangevuld met enkele beschouwingen.
We missen deze goede vriend van de pers en van ons persoonlijk zeer. Na zijn overlijden lieten we in samenwerking met Anneke Brassinga de uitgave “Tombe” verschijnen (1.1.137), een papieren monumentje voor een bijzonder iemand.

De laatste naam die ik eigenlijk als eerste van alle genoemden had moeten vermelden is die van mijn vrouw Tineke Overeem. Van alle beschreven ontmoetingen had de ontmoeting met haar eigenlijk aan alle andere vooraf moeten gaan. Niet alleen is zij voor mij een geweldige steun en stimulator, maar ze is bovendien ook een heel belangrijk, onmisbaar onderdeel van en voor de pers. Natuurlijk vanwege het voortreffelijke bindwerk dat ze verricht, maar ook omdat ze heel kritisch is op wat ik doe en een noodzakelijke rem kan zijn op mijn soms te grote enthousiasme en impulsiviteit.

René Bakker

Vorige
Terug
1.1.131 - Eva Gerlach bekijkt voor de eerste maal de uitgave "Plaatsen".
1.1.55 - Bedankbriefje van Esther Jansma na ontvangst van de uitgave "Hebben".
1.1.115 - Aankondiging van de uitgave "Stelsel".
1.1.115 - Het programma van de presentatie in Berg en Dal te Baarn van "Stelsel".
1.1.72 - Aankondiging van de uitgave "Jaargang".
1.1.72 - Presentatie van de uitgave "Kopwit".
1.1.132 - Voorzijde van de aankondiging van de uitgave "Dooddoeners".
1.1.74 - Reactie van Frans Budé op de uitgave "Hoe alles gebeurt".
1.1.57 - Bedankbriefje van Paul Claes na ontvangst van de uitgave "Licht van mijn leven".
1.1.54 - Een te laat opgemerkte fout in de titel van de uitgave op de colofonpagina maakte dat alles opnieuw moest worden gedrukt. Zo kon het zijn...
1.1.55 - Juryrapport van "Hebben", bekroond bij de Best Verzorgde Boeken.
1.1.75 - Aankondiging van de uitgave "Jaargang".
1.1.78 - Presentatie van "de zee, de zee", eerste in de reeks over de vier elementen.
1.1.78 - Tineke Overeem toont trots de gepresenteerde uitgave aan de aanwezigen.
1.1.81 - Frans Budé signeert "Toen", uitgave bij het 30-jarig bestaan van de Atalanta Pers.
1.1.85 - Hans Tentije en J. Bernlef bekijken de dialoogbundel "Zeegang", waaraan zij samen schreven.
1.1.88 - Frans Budé toont tijdens de presentatie trots de uitgave "over land" waaraan hij meewerkte.
1.1.136 - Hans Tentije signeert de uitgave "Daarbuiten". Het zou blijken zijn voorlaatste publicatie te zijn.
Tineke Overeem met Ronald Rijkse, voormalig conservator van de Zeeuwse Bibliotheek in MIddelburg.
Jos Swiers tijdens een interviewsessie met René Bakker voor de uitgave "De wereld een cocon".
Jos Swiers biedt Tineke en René Bakker tijdens een officiële presentatie in Museum CODA het eerste exemplaar aan van "De wereld een cocon" (2012).
Tineke Overeem, werkend aan de uitgave "Zwart is een kleur" (1.1.84 - 2010).